randstadconsulent
randstadconsulent

Randstad vroeg 11.000 respondenten of ze zich gedurende het voorbije jaar hebben geheroriënteerd op de arbeidsmarkt. Met de oprukkende digitalisering is de drempel hiervoor heel laag geworden. Het is dan ook niet verwonderlijk dat één op drie (34%) dit effectief heeft gedaan. Bij jongeren (-25) loopt dit op tot bijna de helft. Van degenen die zich hebben geheroriënteerd, heeft 13% een job gevonden, de overige 21% niet. De belangrijkste vraag die zich opdringt is hoe de betrokkenen zich hebben georiënteerd en via welk kanaal ze een job hebben gevonden.

zoekkanalen

Anno 2017 zijn de VDAB/Actiris/Forem het meest gebruikte zoekkanaal (56%). Bij vrouwen ligt dit stuk hoger dan bij mannen (60% en 52%). Inzake leeftijd zijn de verschillen klein. Ook lager geschoolden gebruiken de openbare arbeidsbemiddeling meer (63%).  Ook bij hoger geschoolden ligt het percentage hoog (52%)

Na de publieke bemiddelaars volgen spontane sollicitaties en digitale kanalen (49% en 42%). Merkwaardig genoeg stijgt het aandeel van mensen die een beroep doen op digitale kanalen licht met de leeftijd (39% bij -25, 45% bij 45+).

Dan volgen uitzendkantoren (37%), gedrukte advertenties (36%) en familie en vrienden/kennissen (31%). Uitzendkantoren worden vooral door jongeren (43%) en laaggeschoolden (48%) gebruikt. Maar ook bij hooggeschoolden loopt het aandeel op tot 30%.

Ook werving- en selectiekantoren halen een redelijke score met 27%.

vindkanalen

Traditioneel levert het overzicht van de vindkanalen een ander plaatje op.

Het zijn de spontane sollicitaties die de beste score neerzetten met 18%, gevolgd door VDAB/FOREM/Actiris (15%), eigen netwerken (14%), uitzendkantoren (13%). Pas dan komen de digitale kanalen (platformen, jobboards en dergelijke) met 11%. Werving- en selectiebureaus (6%) en de goede oude gedrukte advertenties sluiten de rij (5%).

Jan Denys, arbeidsmarktspecialist van Randstad: “De impact van digitale kanalen op de arbeidsmarkt is dus niet te onderschatten maar moet anderzijds ook – voorlopig althans -  niet overdreven worden.  Bij jongeren ligt dit aandeel trouwens niet hoger (9%) dan gemiddeld. Hierbij dient wel opgemerkt dat ook de traditionele publieke en private kanalen gedeeltelijk gedigitaliseerd zijn. De totale impact van digitalisering is dus niet beperkt tot de strikt digitale kanalen. “

Vergelijken we publieke en private kanalen (met uitsluiting van digitale) dan slaat de slinger licht door in het voordeel van de private kanalen. Uitzendkantoren en werving en selectie halen samen 19%, de publieke bemiddelaars 15%.