anciënniteit_berekenen
anciënniteit_berekenen

Het lijkt allemaal heel simpel om de anciënniteit van je medewerker te berekenen. Maar is dat wel zo? Er zijn namelijk enkele regels waar je rekening mee moet houden. En enkele zaken waar je zelf over kan beslissen (samen met je medewerker). Lees meer over hoe de anciënniteit berekend wordt en waarom die zo belangrijk is in deze blog.

wat is de anciënniteit?

Anciënniteit is de benaming voor de periode waarin de medewerker ononderbroken in dienst is gebleven bij eenzelfde onderneming. De anciënniteit van je medewerkers wordt niet lukraak bepaald.
Het arbeidsrecht hanteert strikte criteria om die vast te leggen. Zo moet je als medewerker dus ononderbroken bij één werkgever tewerkgesteld zijn. Heb je een opeenvolgende arbeidsovereenkomst afgesloten met een medewerker? Dan blijft de anciënniteit doorlopen – zelfs als een vroegere arbeidsovereenkomst binnen jouw bedrijf werd beëindigd met de uitbetaling van een verbrekingsvergoeding.

Was er wel een onderbreking tussen de opeenvolgende arbeidsovereenkomsten, dan wordt de anciënniteit onherroepelijk afgebroken en staat de anciënniteitsteller weer op nul. Ook als het maar om 1 dag onderbreking gaat.

de anciënniteit van je uitzendkrachten

Werken er uitzendkrachten in je bedrijf? Hou er dan rekening mee dat jij en het uitzendkantoor waar je mee samenwerkt niet als één en dezelfde werkgever worden beschouwd in de berekening van de anciënniteit. Tijdens de uitzendperiode is het uitzendkantoor de werkgever, bij een vast contract is het bedrijf (jij) dat. 
Stel: iemand heeft gedurende een bepaalde periode als uitzendkracht in jouw bedrijf gewerkt. Even geleden nam je deze vast in dienst. De anciënniteitsteller begint pas te lopen wanneer je medewerker vast in dienst komt.
Tenzij je als uitzendkracht binnen 7 kalenderdagen vast in dienst treedt én in dezelfde functie blijft. Dan kan je maximaal één jaar anciënniteit overnemen als de arbeidsovereenkomst door de onderneming wordt opgezet. Dat is wettelijk bepaald in de Wet op het Eenheidsstatuut.

de anciënniteit van je uitzendkrachten

Als werkgever kan je met je (toekomstige) medewerker overeenkomen om anciënniteitsjaren mee over te nemen, maar daar hangen bepaalde gevolgen aan vast. De anciënniteit bepaalt immers niet alleen mee het loonpakket, maar ook bepaalde sociale verplichtingen voor jou als werkgever, zoals: 
 

  • de bepaling van de opzegtermijn
  • bepaalde (sectorgebonden) premies en anciënniteitspremies
  • extralegale voordelen zoals maaltijdcheques 
  • anciënniteitsverlof
  • het aantal toegekende verlofdagen

Bepaal dus vooraf of je de anciënniteit van je nieuwe medewerker wil overnemen. Aarzel niet om contact op te nemen met onze experts als je niet 100% zeker bent van je keuze.

en hoe zit het dan met een fictieve anciënniteit?

Als werkgever kan je ook met je medewerker overeenkomen dat je een extra, fictieve anciënniteit “overneemt”. Dat gebeurt soms wanneer je een medewerker met een lange anciënniteit van een concurrent afsnoept, waardoor de medewerker zelf ontslag moet geven – wat betekent dat de medewerker een opzeggingsvergoeding verliest.

Als de medewerker ontslagen wordt door jouw bedrijf (de nieuwe werkgever), dan wordt de effectieve anciënniteit verhoogd met de overeengekomen fictieve anciënniteit voor de berekening van de totale anciënniteit.

Bepaal dus zeker wat onder anciënniteit wordt begrepen. Anciënniteit overeengekomen voor loon is niet hetzelfde als anciënniteit voor de opzeggingstermijn.

de meest voorkomende misverstanden rond anciënniteit:

  • de anciënniteit van je medewerker loopt gewoon door wanneer het oorspronkelijke bedrijf meermaals wordt overgenomen in fusies of overnames. Deze bedrijven worden dan gezien als 1 werkgever.
  • wanneer iemand eerst deel uitmaakt van je organisatie als zelfstandige of bestuurslid, en pas later een formele arbeidsovereenkomst met je afsluit, telt de eerste periode niet. De anciënniteitsteller loopt immers enkel wanneer je arbeidsprestaties levert als medewerker in het kader van een arbeidsovereenkomst.
  • alle periodes waarbij de uitvoering van de arbeidsovereenkomst geschorst wordt (vakantie, ziekte, tijdskrediet,...) tellen mee voor de anciënniteitsberekening. 
  • voor de beëindiging van de arbeidsovereenkomst wordt er geen anciënniteit meer opgebouwd tijdens de opzeggingstermijn. 
     

Op zoek naar ondersteuning in je HR-afdeling?
Vertrouw op onze experts voor een sterk HR-beleid. Zo kan jij je concentreren op wat echt telt: je zaak en je mensen.